Eindelijk eens de tijd om rustig een verslag te schrijven over een fantastische reis naar het Noorse Røros. Alweer ruim twee maanden geleden ging ik samen met een vriendin mee met een reis van Blomsterstuga reizen, dit is een reisorganisatie gespecialiseerd in textiel/handwerk reizen. Met mijn liefde voor draadjes, wolletjes en Noorwegen, een match made in heaven, of himmelen beter gezegd.

15 februari – Groningen

De touringcar vertrekt morgen in de ochtend uit Groningen en omdat wij de NS niet vertrouwen, zijn we een dag eerder afgereisd en hebben daar een hotel genomen. Bovendien een dag Groningen is geen straf, dus heerlijk een dag extra vakantie. In het Westen is alles nog groen, nou ja grijs, maar in Groningen ligt zowaar nog wat sneeuw, dus we kunnen alvast wennen aan de kou en wit.

Na te zijn ingecheckt en beetje door de stad te hebben geslenterd, belanden we in de kroeg voor een biertje en toost op een goede vakantie, daarna nog een hapje stoofvlees in een leuk studentencafé en vroeg richting nestje, morgen een lange dag.

16 februari – Groningen – Kiel

Op tijd uit de veren en lopen richting CS waar de touringcar ons oppikt. Een bus vol (50+ (volgens mij ben ik de jongste)) vrouwen en hier en daar een meegesleurde man. Ik krijg helemaal Bolderman flashbacks van vorig jaar, fantastisch, mijn voorland, helemaal goed! 
En daar gingen we dan. Eerst richting Kiel met onderweg een pitstop om de benen te strekken en een heerlijk warm kopje Goulash soep te eten. In Kiel ging het inschepen wat onduidelijk omdat de gangway niet werkte. We moesten dus in de bus blijven en vanuit de bus en het onderdek de ferry binnengaan. Ach jeugdsentiment, de geur van de boot en het trappenhuis en hut. Niets veranderd. Alles op de boot is nog gesloten en met smart wachten we tot de bar open gaat (haha nee we zijn geen alcoholisten, slechts dorstig ;-)). Zweedse prijzen, maar ach met de Nederlandse prijzen tegenwoordig, schrik ik er niet meer zo van. Voor diner mogen wij eten van het ontzettend uitgebreide buffet. Alles is even lekker en zalig veel vis. Tijdens deze reis nog vele van dit soort overvloedige buffetten, genieten!

Er was bij het boeken van de reis een optie om wol en een patroon te kopen om tijdens de reis polswarmertjes te breien geïnspireerd op een patroon van een Røros deken (Åsmund Bold-patroon). Dus na het eten trekt iedereen de naalden en begint vlijtig aan het projectje. Het is nogal een priegelwerkje en met infinite loop, dus het schiet niet echt op, maar met uren in de bus ben je dus wel even zoet. Sowieso is breien in de bus een uitdaging, maar het is me gelukt het breiwerk voor het einde van de reis af te krijgen. Een heel leuk  aandenken aan deze reis.

We lopen nog even in het donker naar buiten om de sterrenlucht op open zee te bewonderen en toen was het tijd om de hut in te gaan en slaapje te doen, morgen een lange dag in de bus.

17 februari – Göteborg – Tynset

Na wederom een fantastisch buffet zijn we klaar voor de lange busreis naar Tynset, Noorwegen. We ontschepen in Göteborg en rijden door Zweden richting de grens met Noorwegen, waar wij net over de grens stoppen bij een tankstation om de benen te strekken. Karina en ik zien een dik pak sneeuw en bos dus we zijn al snel buiten aan het spelen. Heerlijk die frisse lucht, zelfs zo vlak aan de snelweg. De busreis is sowieso niet vervelend, het is genieten van het uitzicht, de bevroren stromen water in de rotsen, de vele rode houten huizen, de prachtige bomen en vergezichten. En natuurlijk vermaken we ons prima met onze breiwerkjes. Tegen de avond krijgen wij een prachtige vurige lucht te zien, de reis is voor mij nu al geslaagd, absoluut adembenemend.

 

Aangekomen in het hotel wacht wederom een fantastisch buffet op ons. Zo leuk om diverse gerechten te proeven, normaal verblijf ik in Noorwegen om kosten te drukken in Airbnb’s en kook ik zelf, dus dit is wel echt genieten!

Karina en ik gaan na het eten nog even het zitvlees opschudden en hebben al de beroemde spark, ofwel kickslee voor de deur van het hotel zien staan. Dat vraagt om een ritje…eh glijdje… Op een plein in Tynset staat een spark die 6 keer zo groot is als een normale kick slee. Ook daar maken wij natuurlijk een foto van. Verder komen we een mini openlucht museum en een trol in de sneeuw tegen, echt waar. Het hotel heeft ook een obsessie met trollen, de foyer staat er vol mee! Karina maak nog een sneeuwengel waarbij ze bijna verdwijnt in het pak sneeuw! En dan is het toch wel tijd voor een slaapje, het was een lange dag en morgen naar Røros!

18 februari – Röros

Na wederom een heerlijk ontbijtbuffet gaan we de bus weer in. Het is goed koud buiten en het sneeuwt ligt. De sneeuwvlokken zijn prachtig gedefinieerd en blijven mooi liggen. Het is wel lekker koud, wind stil en droog.  Een rare sensatie om de neusharen direct te voelen bevriezen. De rit naar Røros is ongeveer een uur en het is wederom genieten van het prachtige uitzicht!

Wat is nu zo bijzonder aan Røros? Welnu het traditionele bergstadje Røros is één van de oudste gemeentes met houten gebouwen in Europa en ook een UNESCO-Werelderfgoedsite.Het staat bekend als een levend museum dat eeuwen geschiedenis herbergt, zowel van de charmante straatjes tot aan de oude kopermijnen, zoals de Olav-mijn. Røros werd gesticht in 1644, na de eerste ontdekkingen van koper in de regio. Door de jaren heen werd het één van de belangrijkste mijnstadjes in Noorwegen. De inwoners van Røros hebben de originele charme van het stadje behouden, met huizen die dateren uit de 18e en 19e eeuw, net als een omliggende cultureel landschap. Aangezien Røros in de winter één van de koudste steden van Noorwegen is, doe je best zoals de locals: je in wol wikkelen! Gebreide truien en wanten van een plaatselijke winkel of warme dekens en zitkussens van Røros Tweed. Dat komt allemaal van pas wanneer de temperaturen dalen tot min 30°C. Tijdens ons reis was het rond deze temperatuur en we tikten zelfs een keer -38 aan.

Hoe dan ook, het plaatsje zat niet op mijn radar tot ik het zag in de serie Hjemm til Jul en ben gaan zoeken waar dit gefilmd werd. En realiseerde me dat ik de naam al kon vanwege de bovengenoemde Røros tweed. Al snel maakte ik de afspraak met mijzelf dat ik hier een keer heen zou gaan, wellicht rond de bekende Julmarked en toen kwam ik deze reis van Blomsterstuga tegen in mijn mailbox, toeval? Na enige twijfel vanwege de prijs, toch geboekt en geen moment spijt van gehad.

Een hoogtepunt van deze reis is de Rørosmartnan en de aankomst van de sledes met marktkooplui, die we in deze moderne tijd al weken van te voren konden volgen op social media. Een stukje geschiedenis; Het waren de koperfabrieken van Røros die het mijnstadje Røros, een paar eeuwen voordat de markt officieel werd opgericht, in een bruisend handelscentrum veranderden. De kopermijn was 333 jaar in bedrijf, van 1644 tot 1977. De mijnwerkersgemeenschap was afhankelijk van de aanvoer van voedsel en andere benodigdheden. Mensen kwamen van heinde en verre om goederen te verkopen, zoals graan, erwten, stokvis, kabeljauw, gezouten en gerookt vlees, haring, boter, kaas, tabak, hop, vlas, canvas, katoenmeel, sterke drank en paarden. Om de fabriek draaiende te houden, hadden ze gereedschap, buskruit, ijzer, klei en touw nodig. Plaatselijk werden uitsluitend kolen, brandhout en timmerhout gewonnen. In de winter moesten alle goederen per paard en slee worden vervoerd of naar Røros worden gesplitst.

Er waren geen wegen in de gemeenschap, dus mensen waren afhankelijk van goed sleeën om hun goederen te vervoeren. In de winter floreerde de illegale handel in Røros. De werkzaamheden leidden meermaals tot het verjagen van handelaren zonder privileges, vooral verkopers van illegale drank. Met de slee konden grote lasten gemakkelijk vervoerd worden en in de winter konden mensen elkaar ook buiten het stadscentrum ontmoeten, bijvoorbeeld op het ijs van het Hittermeer (Hittersjøen), om daar hun min of meer schaduwrijke behoeften te doen. De koperfabriek van Røros had oorspronkelijk het monopolie op alle handel in de mijnstad. In de 18e eeuw werd dit monopolie afgeschaft, omdat het onmogelijk was het vrije verkeer van goederen te stoppen. In 1801 kregen enkele handelaren in Røros toestemming om tegen betaling handel te drijven.

Maar de illegale handel in Røros nam alleen maar toe. In 1842 kwam er een einde aan de handelsvoorrechten van de kooplieden, die in veel opzichten betekenisloos waren toen de ondernemers zelfstandig handelden. Na jarenlange druk van de gemeente Røros op het Ministerie van Binnenlandse Zaken werd in 1854 de eerste Rørosmartna in de geschiedenis gehouden. Een koninklijk besluit uit 1853 luidt als volgt: “Vanaf 1854 wordt er in Røros een markt gehouden, die begint op de voorlaatste dinsdag in februari en duurt tot de daaropvolgende vrijdag.” Geschat wordt dat het bergstadje Røros ten tijde van de stichting van Rørosmartnan een handelscentrum was voor minstens 30.000 mensen.

De belangstelling voor Rørosmartnan nam gedurende de jaren zestig af. Aan het einde van het decennium was er vrijwel niets meer over van het traditionele winterfeest.

De Røros Toeristen- en Reisvereniging (nu Opplev Røros AS) nam het gehele evenement over en samen met vertegenwoordigers van de branchevereniging en de culturele raad werd een martnascommissie opgericht. Langzaam maar zeker groeide de belangstelling voor de markt. Het zijn vooral de voorbidders die hieraan hun bijdrage hebben geleverd. In 1981 kwamen 10 teams van Kløvsjø naar Rørosmartnan. Dit was de eerste vakbondsreis in meer dan 50 jaar. In 1999 werd de ferdasgård-traditie nieuw leven ingeblazen, toen de Dalarna Femund Forkjörarförening een verblijfplaats kreeg in Langknutgården in Kjerkgata onder de martnan. Velen zijn van mening dat de hervatting van het traditionele boerenbedrijf en de oude boerderijen heeft geleid tot een sterker kwaliteitskeurmerk bij Rørosmartnan. Boeren en paarden, met de activiteiten die zij met zich meebrachten, hebben Martnan meer breedte en variatie gegeven.

Gelukkig komen wij als een van de eersten aan in het stadje dus we kunnen echt even genieten van deze mooie plek en rustig rondsnuffelen. Als snel wordt het drukker en drukker, maar gelukkig – naar mijn gevoel – nooit echt te druk, gewoon gezellig.

In de ochtend nemen we de tijd om de marktkraampjes in de hoofdstaten en op de binnenplaatsen goed te bekijken. We kopen als snel een paar dikke wanten en ik ben zo blij met deze aankoop, want ik heb geen koude vingers gehad in deze kou. Vooral in de binnenplaatsen is het gezellig, met antiek (en rommel), kampvuurtjes, muziek, mooi uitgedoste mensen en in de middag staan hier ook de paarden die dagenlang de sledes door de kou hebben getrokken, lekker warm op stal met vers hooi.

Om 12 uur is het moment supreme, de opening waar zo’n 80 koetsen aankomen die al dagenlang op de ouderwetse manier rondrijden/-glijden op sledes. Op deze ouderwetse manier arriveren boeren en pakkers vanuit Zweden, Østerdalen, Hedmark, Gudbrandsdalen, Gauldal, Selbu en Tydal. De opening gaat gepaard met praatjes van lokale politici, dans van scholieren en muziek, waaronder een mooie joik.

Rørosmartnan speelde een centrale rol in de ontwikkeling van de polsen, omdat zang en dans vanaf het begin hoog in het vaandel stonden. Martnas-feesten vonden op meerdere plaatsen tegelijk plaats, op boerderijen en in kleine huisjes, lang voordat mensen over eigen danszalen beschikten. Pols (van Poolse dans) is een koppeldans die verwant is aan de Zweedse polska en de Poolse mazurka. Er wordt aangenomen dat de dans in de 16e en 17e eeuw naar Noorwegen kwam door de emigratie van arbeiders naar de Noorse mijnbouw. Polsen is een dans die vooral in de regio Røros veel voorkomt. De variant die hier gedanst wordt, heet dan ook Rørospols.Polsen werd al vroeg de dans voor het gewone volk in onze streek. Na de oprichting van de koperfabriek van Røros ontmoetten tovenaars uit verschillende delen van het land en uit de Zweedse grensgebieden elkaar, en zo kregen de polsen geleidelijk hun kenmerkende vorm.

En na al dit moois komen een voor een de sledes binnen onder groot applaus van het publiek. Na een slee of zes houden Karina en ik het voor gezien, de tenen begonnen aardig gevoelloos te worden, tijd om te bewegen. Wat een bikkels haha, de mensen op de sledes zitten al dagen in de kou en wij houden het na een uurtje stilstaan in de sneeuw voor gezien. Watjes! 😉 Dus nog meer kraampjes en even in het overdekte winkelcentrum in de supermarkt een lunch scoren en deze heel gezellig (haha) op een bankje in het winkelcentrum opgegeten. We ontdekken hier ook een brei- en boekenwinkel, beiden erg gevaarlijk, en ja hoor mijn oog valt op een aanbieding van een mooie gebonden versie van de Edda (in het Noors, dus goed om te oefenen). Echter het is zo’n zwaar boek, wil ik daar de hele reis mee sjouwen? Ik laat hem liggen, om later natuurlijk spijt te krijgen en deze alsnog in Lillehammer te kopen. Typisch haha.

In de late middag rijden we weer terug naar het hotel, alwaar wij een wederom een heerlijk buffet genieten.

19 februari – Röros

De volgende dag wederom naar Røros, met dit keer eerst een bezoek aan Røros tweed, waar ik een sitteunderlag, ofwel een zitdekentje, koop, de ultieme must have voor buitengenieters, die een warme bips willen wanneer zij ergens gaan zitten.
Wederom wat rondslenteren, het kerkje bezoeken, Gløgg drinken in een gezellig café en een bezoek aan het museum. Het museum beschrijft het mijnbouwproces en de ontwikkeling van Røros tot een centrale kopermijnstad en doet dit uitgebreid door middel van werkende modellen.

Het wordt alweer donker en tijd voor een sledetocht. We nemen plaats in een slee van een nogal norse Noor, we pakken ons in in de paar schamele schapenvellen die er liggen. Brr dit wordt afzien. Het arme paard heeft bevroren manen en ik krijg nog meer respect voor de mensen die dagenlang op deze slee hebben doorgebracht (ik zou er ook nors van worden ;-)). Tot nu toe heb ik het nog niet echt koud gehad, maar stilzittend in de slee, beginnen al snel mijn neus en oren gevoelloos te worden en mijn voeten ook. Na een tijdje begint alles te gloeien en begin ik me toch een beetje zorgen te maken. Hoe dan ook ik geniet van de mooie rit met prachtig uitzicht, ik waan me in een kerstkaart. Bij een stop krijgen we een warme Gløgg om op te warmen en na ongeveer 5 à 6 kwartier zijn we weer terug. Nog even lopen naar de bus en opwarmen!

Na een tijd in de bus, komt er uiteindelijk weer wat gevoel terug in mijn tenen, wat doet dat zeer. Nee die kou is leuk als je beweegt, maar stilzitten is geen goed idee. Helaas vind mijn mobiel de kou ook niet fijn en hield er dan ook mee op. Normaal bij kou of hitte, slaat deze na een tijd weer aan, maar helaas er komt geen leven meer in en na thuiskomst heb ik de mobiel laten nakijken in de Apple Store en de patiënt is dood verklaard. Een duur grapje, want het ding was pas 3 jaar oud en de reis was ook niet goedkoop, shit happens. Kouder als min 20 schijnen ze slecht tegen te kunnen, dus altijd dicht op de huid dragen. Goed te weten voor volgende keer, nu helaas te laat. Het was wel balen hoor verder geen foto’s kunnen maken, maar gelukkig maakt Karina mooie foto’s.

In het hotel krijgen wij dit keer aan tafel geserveerd, ook wel zo relaxed en wat een feest, zalm en heerlijk mals vlees, dat doet een mens goed na een dag in de kou. Ik vraag me af of ik al vinnen begin te groeien, tijdens deze reis volgens mij al kilo’s zalm en haring op.

20 februari – Tynset – Lillehammer – Brummunddal

Wederom een mooie busrit langs prachtige uitgestorven, uitgestrekte witte landschappen, het voelt alsof we op een andere planeet rijden.

We stoppen even in het centrum van Lillehammer. Hier koop ik dan toch de eerdergenoemde Edda, want natuurlijk had ik al spijt dat ik deze had laten liggen in de boekenwinkel in Røros. Gelukkig is het een landelijke keten, dus ook gewoon in Lillehammer verkrijgbaar. Ook wil ik even een fotomoment voor de club Flamingo uit de serie Lillyhammer (die in het echt club 1847 heet). En natuurlijk weer de lokale Husfliden in om alle mooie bunads te bewonderen.

De volgende stop is Maihaugen, net buiten Lillehammer, het Openluchtmuseum. Deze werd geopend in 1904. In Maihaugen is te zien hoe de mensen in de vallei Gudbrandsdalen leefden vanaf de middeleeuwen tot nu. De oprichter, Anders Sandvig, bracht oude huizen en boerderijen uit het Gudbrandsdal, alsook de Staafkerk van Garmo, samen in het museum als voorbeeld van de Noorse cultuur en geschiedenis. Hij begon in zijn achtertuin maar toen de collectie uitgroeide tot meer dan 200 historische gebouwen, schonk hij ze aan de stad. Maihaugen heeft ook een fotografisch archief met een uitgebreide collectie artefacten en museum.

We krijgen hier een rondleiding en bezoeken onder meer de staafkerk, een kerkje en een schooltje.

Daarna rijden we nog een stukje door naar het Wood Hotel by Frich in Brumunddal. Dit is het hoogste houten gebouw in de wereld. Het hotel heeft een mooie ligging aan het Mjøsameer met uitzicht op de haven en op de bergen aan de overkant van het meer. Nou ja als het mooi weer is dan. Deze dag is het heel bewolkt en het uitzicht laat te wensen over. Maar het voelt wel heerlijk ruimtelijk en vrij. De kamers en het hotel is ingericht in nordic minimalism, mooi, maar ook doet het erg kil en aan en voor een wat ‘chiquer’ hotel mis ik toch wat comfort en extraatjes, het is kaal en basic. Het avondeten en ontbijt is erg lekker, met gebruik van lokale producten. Het hotel gaat sowieso helemaal prat op sustainability, met overal belerende teksten. Persoonlijk heb ik liever een beetje vergane glorie hotel met lelijke trollen zoals in Tynset haha. Dat heeft in ieder geval karakter. Maar het is leuk hier in het Wood hotel geweest te zijn en een fijn contrast.

21 februari – Brummunddal – Oslo

Deze dag rijden we naar Oslo, bekend terrein. Allereerst naar Bygdøy voor een bezoek aan het Norsk Folkemuseum. Ik ben hier al eerder geweest, maar het ziet er in de winter toch heel anders uit en het is een mooi museum dus helemaal geen straf het nogmaals te bezoeken. Bovendien krijgen we een interessante rondleiding van een mooi in klederdracht uitgedoste vrouw met rode geborduurde handschoentjes om jaloers op te worden. Eerst een bezoek aan het binnenmuseum en naar buiten richting de staafkerk. Een veel groter exemplaar als in Lillehammer. Deze staafkerk heeft ook nog veel heidense elementen. De staafkerk komt oorspronkelijk uit Gol, Hallingdal. Op basis van dendrochronologische datering stamt de kerk uit 1216. Toen de stad tussen 1880 en 1882 een nieuwe kerk bouwde, werd besloten om de oude staafkerk te slopen. Ze werd in 1881 afgebroken en van de ondergang gered door de Vereniging tot behoud van oude Noorse monumenten, die de materialen kocht om de kerk elders opnieuw op te bouwen. Ze werd verworven door koning Oscar II, die haar verplaatsing en restauratie, als het centrale gebouw van zijn private openluchtmuseum in de buurt van Oslo, financierde. De restauratie, onder toezicht van architect Waldemar Hansteen, werd in 1885 voltooid. In 1907 werd het vroege openluchtmuseum, ‘s werelds eerste, samengevoegd met het Norsk Folkemuseum dat nu de staafkerk beheert. De kerk is nominaal echter nog steeds eigendom van de regerende monarch. Voor deze reis heb ik de boeken van Lars Mytting gelezen (De Zusterklokken – Søsterklokkene en Het Zustertapijt – Hekneveven), waarin de staafkerk een belangrijke rol heeft. Zo kijk ik dit keer toch met een ander oog naar de kerk. Helaas hebben we niet veel tijd om rond te kijken, maar ik kom zeker weer een keer terug. Bovendien is het mooie weer inmiddels omgeslagen, dus het is niet echt lekker buiten lopen. Echter wat een mazzel hebben wij gehad met het weer deze week! Dit is de eerste regen. En ook echt veel is het niet. Wel geeft de mist prachtige beelden, heel mysterieus zo tussen de oude gebouwen.

Met de bus rijden we naar Sentrum waar we een Thon hotel hebben. De incheck is vrij rommelig, vooral omdat de lobby zo klein is en wij daar allemaal met onze koffers staan te dringen. Maar uiteindelijk toch een sleutel. In de kamer even snel ons opgefrist en de stad in gegaan. Ik wil heel graag weer naar Grünerløkka, want Oslo Sentrum is niet zo bijzonder mooi, en zo in de grauwe lucht al helemaal niet gezellig. Ik moet nog wel even langs de Platekompaniet voor wat DVD’s en Big Dipper om een bestelde elpee op te halen (Sivert Høyem – Dancing Headlights – gesigneerd). Na de aankopen dus snel de Akersleva over via de Anker brug, koosnaam ‘sprookjesbrug’, vanwege de vier sculpturen, één in elke hoek. Deze beelden zijn ontworpen door de Noorse beeldhouwer en kunstenaar Dyre Vaa. Ze werden in 1937 uit brons gegoten en elk figuur stelt een andere Noorse volksheld uit Noorse volksverhalen voor.

Grünerløkka is een populaire wijk waar veel jongeren wonen en waar talloze cafés, restaurants en andere uitgaansgelegenheden zijn. Na wat window shoppen ploffen we neer in een bar, Grünerløkka Brygghus, voor een redelijk geprijsd biertje. We proosten net voor de eerste slok en tot mijn grote schrik/verbazing zie ik door het raam, buiten de gitarist/pianist uit de band van Sivert Høyem langslopen, een man waar ik een zware crush op heb, maar in plaats naar buiten te lopen om de elpee die ik verdorie bij me heb (want net gekocht) te laten signeren (en gewoon even gedag te zeggen), ben ik zo van mijn apropos dat het niet eens in me op komt. Gemiste kans, ach wel, heb ik mezelf in ieder geval niet voor gek kunnen zetten en hem met rust gelaten. Ik vond het wel heel toevallig weer. Dank universum ;-).

Na een paar slokken alcohol om mezelf te kalmeren, is het dan toch tijd een beetje richting Sentrum te lopen. Via Vulkan, een van de interessantste nieuwbouwprojecten van Oslo. Deze wijk wordt gekenmerkt door innovatieve, milieuvriendelijke architectuur en heeft onder andere een lokaal energiecentrum met 300 meter diepe geothermische bronnen en een kantoorgebouw waarvan de buitenkant visueel wordt bepaald door het uitgebreide zonneboilersysteem. Lopen we door Telthusbakken, net onder de middeleeuwse kerk Gamle Aker kirke. Aan de ene kant van de 260 meter lange straat ligt een reeks kleine houten huizen en aan de andere kant ligt een groot volkstuingebied. En nu begint het toch wel door te regenen, dus de pas erin. In het hotel even opgefrist en naar Egon restaurant bij het station waar we met de groep hebben afgesproken. Nu zou ik zelf never nooit een Egon restaurant kiezen, maar goed. Het is een keten, zo’n beetje overal hetzelfde. Het is druk en rommelig en het bestellen gaat niet bij iedereen even goed. Maar ach ik heb de afgelopen dagen zoveel en zo lekker gegeten dat het me ook niet zo uitmaakt dat het eten me niet smaakt (snob haha). Na het eten gaan Karina en ik nog even gedag tegen de grote bronzen tijger op het plein voor het Centraal Station. Dit is het symbool voor de geuzennaam, tijgerstad, van Oslo. De naam komt uit het gedicht “Sidste Sang” van de Noorse dichter Bjørnstjerne Bjørnson over het gevecht tussen een paard en een tijger. Na wat melige foto’s rapido naar de Deichman bibliotheek waar het droog is. De ‘nieuwe’ hoofdbibliotheek van Oslo ligt in Bjørvika, vlakbij het iconische operagebouw van de stad. Het is een moderne en dynamische bibliotheek die niet alleen een uitgebreide boekencollecties bevat, maar onder andere ook een bioscoop, mediaworkshops, speelzones, lounges en een restaurant. De architectuur van de bibliotheek is nauw verbonden met haar rol als openbare ruimte. Vanaf het gebouw heb je een heel mooi uitzicht over de Oslofjord, alleen wij niet op dit moment, want het regende en is bewolkt.

22 februari Oslo – Göteborg

Vroeg uit de veren om nog even de benen te strekken voor we weer de bus in moeten. Na wederom een fantastisch ontbijtbuffet, naar buiten de regen in. Oslo is prachtig gelegen aan de Oslofjord, helaas is het nog steeds bewolkt dus van het uitzicht hoeven we niet veel te verwachten. We wandelen via het Rådhus, het gemeentehuis, ontworpen door Arnstein Arneberg en Magnus Poulsson (hetzelfde duo ontwierp ook de Noorse Zeemanskerk in Rotterdam). Zij wonnen de ontwerp-wedstrijd die in 1918 was uitgeschreven. Het gebied waarin het gemeentehuis is gelegen – Pipervika, in de binnenstad van Oslo – werd aan het eind van de jaren 20 van de twintigste eeuw volledig vernieuwd om plaats te maken voor het gebouw. De bouw van het gemeentehuis begon in 1931, maar werd stilgelegd door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. In 1950 werd het gemeentehuis officieel geopend ter ere van de 900e verjaardag van de stad Oslo.

Het gebouw wordt gekenmerkt door monumentale neoclassicistische en Bauhaus-architectuur. Van buitenaf wordt het rådhus gekenmerkt door de twee torens en zijn bakstenen uiterlijk. Vanuit de torens is ieder uur het geluid van het klokkenspel te horen, dat bestaat uit 49 klokken. In het gemeentehuis zijn diverse (grote) schilderijen te vinden die geschilderd zijn door Edvard Munch en Henrik Sørensen. Laatstgenoemde heeft met zijn werk Kunst en Viering een complete wand van het stadhuis bedekt.De rode bakstenen gevel is versierd met beelden, houtsnijwerk en reliëfs die belangrijke momenten uit de Noorse geschiedenis en mythologie uitbeelden. Deze artistieke elementen, gemaakt door bekende Noorse kunstenaars als Dagfin Werenskiold en Per Palle Storm, voegen diepte en textuur toe aan de buitenkant van het gebouw, waardoor het een openluchtgalerie wordt voor bezoekers.

Hierna lopen we door naar de pier, richting Tjuvholmen en terug richting de winkelstraat (Karl Johansgata). Op tijd weer in het hotel om onze koffers op te halen en naar de bus te gaan. In de late middag komen we aan in Göteborg, wederom met uitgebreid diner buffet. Waar we op de heenweg nog rustig buiten konden staan om van de sterrenhemel te genieten, is het ditmaal bijna niet te doen, het waait zo ontzettend hard, dus snel maar weer naar binnen.

23 februari – Kiel – Groningen – Amsterdam

Na het ontbijt ontschepen we in Kiel, rijden vlot naar Groningen, waar we een uur vroeger als gepland aankomen. Hoera, maar helaas te vroeg gejuicht, want natuurlijk gooit de NS roet in het eten. Het wordt nog een interessante reis van en naar Leeuwarden, lokale boemels, psychotische passagiers en fijn hutje mutje staan in de warme trein in winterkleding, maar uiteindelijk komen we uren later dan toch thuis.

Wat een fantastische reis naar Noorwegen was dit!! Ik heb zo ontzettend genoten. Dita van Blomsterstuga biedt deze reis in 2026 (https://www.blomsterstuga.nl/røros-2026 ) nog een maal aan, ik twijfel serieus om nog een keer te gaan, maar soms zijn dingen zo perfect, gewoon zo laten die herinnering.

Noorwegen ik hou van je en tot spoedig weer!

Liefs, Charissa